Geweldloos verzet – het ijzer smeden als het heet is
Opvoeders, maar ook jijzelf als professional, kunnen zich soms machteloos voelen. Vooral als er al van alles is geprobeerd en niets meer lijkt te werken. De ander lijkt je nauwelijks meer te horen en gehoopte verandering blijft uit.
Prof. Haim Omer ontwikkelde een nieuwe benadering van gedrag met als kern een vastberaden houding van geweldloos verzet, gebaseerd op een nieuwe invulling van gezag. Deze methodiek helpt gezagdragers (opvoeders en professionals) weer regie te nemen, verzet te tonen en samen met anderen sterk te staan. Door in te zetten op relatie en aanwezigheid is het mogelijk in contact met de ander te blijven, ook als er sprake is van weerstand en destructief gedrag.
Geweldloos verzet is effectief gebleken in allerlei vormen van hulpverlening en behandeling, in het onderwijs (PO/VO/MBO/speciaal onderwijs) en in buurtwerk. Zowel bij externaliserend als internaliserend gedrag.
In alle modules wordt gewerkt vanuit de vijf pijlers van geweldloos verzet: de-escaleren, aanwezigheid, steun en support, relatie en herstel, verzet in plaats van strijd. De theorie achter de pijlers en de interventies die daarop aansluiten worden uitgelegd en er wordt gereflecteerd op en geoefend met voorbeelden uit de praktijk.
De volgende modules kunnen worden gevolgd:
– Kennismaking Geweldloos verzet (3 uur): een introductie waarin deelnemers kennismaken met het gedachtegoed en aan het denken worden gezet over eigen autoriteit/gezag en handelen.
– Introductiedag (6 uur + 2 uur voorbereiding): uitgebreider dan in de workshop wordt tijdens deze dag het gedachtegoed uitgelegd en ook daadwerkelijk geoefend, liefst aan de hand van ingebrachte voorbeelden. Voorafgaand aan de dag wordt aan de deelnemers gevraagd literatuur te lezen en casussen mee te nemen.
– Basistraining jeugdprofessonals en therapeuten (12 uur + 4 uur voorbereiding), voorwaarde: introductiedag gevolgd hebben. In de basistraining wordt in twee dagen verdieping gegeven op de introductiedag. De 5 pijlers vormen de stuctuur van de training, waarin uitstapjes naar traumasensitief werken/lesgeven en parallelprocessen. Wanneer deelnemers werken met een licht verstandelijke doelgroep wordt aandacht worden besteed aan de vertaling naar deze groep. Voorafgaand aan de dag wordt aan de deelnemers gevraagd literatuur te lezen en casussen mee te nemen.
– Basistraining onderwijs (12 uur + 4 uur voorbereiding, voorwaarde: introductiedag gevolgd hebben. Deze training volgt de structuur van de training voor jeugdprofessionals en therapeuten, maar wordt het gedachtegoed specifiek op de onderwijscontext toegepast wat in de praktijk betekent dat er veel aandacht zal zijn voor zelfreflectie en casuistiek. Voorafgaand aan de dag wordt aan de deelnemers gevraagd literatuur te lezen en casussen mee te nemen.
– Verdiepingsdag geweldloos verzet (6 uur + 2 uur voorbereiding), voorwaarde: basistraining gevolgd hebben. Tijdens deze dag wordt aan de hand van de 5 pijlers vooral tijd besteed aan de vragen en dillemma’s waar deelnemers in de praktijk tegenaan zijn gelopen. Waar kunnen deelnemers regie nemen (ankerfunctie) en hoe concreet te handelen (maken van een concreet plan). Voorafgaand aan de dag wordt aan de deelnemers gevraagd literatuur te lezen en praktijkervaringen mee te nemen.
– Verdiepingsdag schoolweigering en geweldloos verzet (6 uur + 2 uur voorbereiding), voorwaarde: basistraining gevolgd hebben. Het aantal thuiszitters neemt toe, ondanks de intentie van passend onderwijs voor alle leerlingen. Preventie lijkt een kernwoord, maar hoe stap je uit symmetrische escalaties en hoe werk je samen met het thuisfront? Voorafgaand aan de dag wordt aan de deelnemers gevraagd literatuur te lezen en praktijkervaringen mee te nemen.
– Terugkombijeenkomsten (2 uur)
Na het volgen van de training gaan de deelnemers aan de slag met het geleerde. In de terugkombijeenkomsten wordt middels intervisie gereflecteerd op eigen gedrag en denken, waardoor het methodisch kunnen handelen vanuit het gedachtegoed van geweldloos verzet wordt verbeterd. De deelnemers zijn tegelijk elkaars steungroep, door vanuit de methodiek vragen in te brengen en mee te denken in casuïstiek, suggesties te doen en samen na te denken over mogelijke scenario’s in complexe gezinnen, groepen of onderwijs.